Je wordt geboeid door wetenschappelijke fenomenen.
Je wil weten hoe bepaalde technische snufjes werken.
Je experimenteert met gepaste nauwkeurigheid.
Je lost graag wetenschappelijke problemen op.
Je zoekt naar het waarom van een verschijnsel.
Dan ligt je toekomst in een wetenschappelijke richting.
Reeds in de eerste graad maken de leerlingen kennis met wetenschappen: biologie, aardrijkskunde en technologische opvoeding in het eerste jaar, wetenschappelijk werk in het tweede jaar.
In de tweede en de derde graad bestaat het pakket wetenschappen uit aardrijkskunde, biologie, chemie en fysica.